“Ik weet niet eens of ik zou huilen als hij overlijdt,” biechtte ze me schaamtevol op. Het ging niet goed met haar vader en het zou kunnen dat hij niet lang meer te leven had. Haar hele leven was hij al ziek. Ze had hem in haar jeugd gemist, maar had zich inmiddels verzoend met de afstand die er tussen hen was.
Op de cranio-tafel diende haar hart zich al snel aan. Toen ze contact maakte met haar hart, zag ze een soort krasje of barstje in haar hart. Ze kon het niet plaatsen, maar het voelde pijnlijk. Op het moment dat ze het barstje wilde onderzoeken, viel ze in slaap. Ik maakte haar wakker, maar elke keer als ze in de buurt van het barstje kwam, gebeurde hetzelfde. “Ik kan er niks aan doen, maar ik word gewoon weggetrokken.”
Ieder mens heeft zo zijn eigen beschermingsmechanisme om om te kunnen gaan met een hart dat geraakt is. Daar waar de één gaat vechten of verhardt, vlucht een ander juist weg.
Met zachtheid en geduld bleef ik haar steeds weer terughalen, totdat het haar lukte om erbij te blijven. Op dat moment kon ze met haar aandacht door het barstje naar binnen glijden, zodat ze in haar eigen hart aanwezig was. Zodra ze daar was, verscheen een beeld van haar vader met haar als baby’tje in zijn armen. Zijn liefde overspoelde haar. Ze barstte in tranen uit. Toen het huilen stopte, fluisterde ze verbaasd: “Ik voel nu pas dat ik altijd van hem gehouden heb. En ik houd nog steeds van hem.”
Drie weken later kreeg ik een berichtje. Ze had net de begrafenis van haar vader achter de rug. Het was allemaal veel sneller gegaan dan verwacht. Na het besef dat ze van hem hield, was ze hem meteen gaan opzoeken. De twee weken daarna was ze heel dichtbij hem geweest en hij had haar toegelaten. Na 48 jaar gemis, had ze hem eindelijk in haar hart kunnen sluiten.
En ja, er was verdriet dat hij er niet meer was. Maar groter nog was de dankbaarheid dat ze de liefde tussen hen gevoeld had en hem in liefde ha